Zou een promotie niet wat voor jou zijn? Met deze opmerking raakte Mathieu Weggeman bij mij een gevoelige snaar die blijft doorklinken. De eerste stap heb ik inmiddels gezet.

Deze week zat ik samen met Mathieu Weggeman en René ten Bos om het te hebben over mijn promotie. Een aantal maanden geleden opperde Weggeman deze mogelijkheid en sindsdien ben ik gegrepen door het idee om te gaan promoveren. Niet voor het papiertje of de behoefte aan status, want daar heb ik niet zoveel last van. Maar wel voor de intellectuele uitdaging. En omdat ik denk dat ik misschien iets bij te dragen heb.

Middel en kwaal

Ik heb de afgelopen jaren veel geschreven, gedacht en gesproken en gave dingen mogen doen. Boeken als De laatste manager, De PRET-factor, Fuck de regels, Eerste hulp bij nieuw organiseren en De Zinmakers hebben snaren geraakt en doen dat ook nog steeds. Het platform nieuworganiseren.nu heeft veel mensen geïnspireerd om kritisch te kijken naar de organisatie en hoe wij de dingen georganiseerd hebben. Er is bijna geen organisatie in Nederland te vinden die niet op een of andere manier met (vormen van) zelfsturing en flexibel organiseren bezig is.

Dat is gaaf en belangrijk, want de nood is hoog. En tegelijkertijd ben ik bang dat de manier waarop de meeste organisaties met deze thema’s om gaan, niet de noodzakelijke verandering en vernieuwing teweeg zal brengen. Je zou kunnen stellen dat iedere stap richting meer zelforganisatie er een is, maar niet als het vooral bedoeld is ter bestendiging van het oude en bestaande. Dan zou het middel wel eens erger kunnen zijn dan de kwaal.

Lekker dan

Laat ik proberen dat concreet te maken. Wat ik in veel organisaties zie, is dat zelfsturende teams worden geïmplementeerd om te bezuinigen op personeelskosten. Manager eruit, en de teams mogen het voortaan lekker zelf doen. Lekker dan, denken de teamleden, dan krijgen we er een hoop werk bij. En we hadden het al zo druk. Of, dat zie ik ook volop: manager blijft zitten, maar moet zich voortaan gedragen als coach. Hij krijgt een dure training, waarin hij leert om op zijn handen te zitten, maar blijft vervolgens in de lijn verantwoordelijk voor wat het team doet. Ook niet heel handig.

Ik wil hiermee niemand diskwalificeren: we doen allemaal ons best en niemand weet hoe het moet. Maar dit zijn voor mij wel signalen dat er iets fundamentelers moet gebeuren om echt anders te organiseren. We moeten naar mijn mening eens echt goed gaan nadenken over wat dat dan is, organiseren. Hoe doen we dat eigenlijk? En welke rol speelt bijvoorbeeld zin maken (sense making) daarin? Of, een andere vraag: hoe verhoudt zich dit tot het thema macht?

Eerste stap

Met deze vragen zal bij een aantal lezers de naam van Karl Weick opkomen. Hij is een van de interessante figuren die termen als ‘organiseren’ en ‘sensemaking’ heeft geïntroduceerd in het managementdenken. Een andere naam die je misschien te binnen schiet als het over macht gaat, is die van Michel Foucault. Deze Franse filosoof had het over macht en over taal (discours) en de disciplinerende werking die daarvan uit kan gaan.

Tijdens het gesprek met Ten Bos en Weggeman kwam het idee op om dat spoor eerst maar eens verder te onderzoeken: is er een (filosofische) begripsverheldering te maken van ‘sense making’ in organisaties en is daar dan vervolgens ook de stap te zetten naar Foucault en de disciplinerende werking die van deze sense making uitgaat? Dat lijkt me sowieso al een aardige exercitie, los van of het ook het uiteindelijke onderwerp wordt van mijn proefschrift. Want dat is toch hoe het werkt: elke reis begint met de eerste stap. Ik heb ongelooflijk veel zin in deze reis.

Ps: mocht je suggesties hebben voor mijn onderzoek, ik houd me van harte aanbevolen (info@benkuiken.nl)