Anders denken over organisatievraagstukken

Wat is organisatiefilosofie?

Simpel gezegd is organisatiefilosofie filosofie van organisatie. Alleen houden filosofen niet zo van simpele antwoorden, ze houden er van om dingen ingewikkeld te maken.

(of, zoals mijn promotiebegeleider Mathieu Weggeman zei: ingenieurs zijn pas tevreden als er aan het einde van een dag werken minder problemen zijn dan aan het begin, bij filosofen is het net andersom: die bloeien helemaal op als er juist meer problemen zijn dan aan het begin. Het lijkt me een goede samenvatting)

Dus hoe kunnen we het simpele antwoord ingewikkelder maken? Door eens te kijken naar de twee begrippen waaruit organisatiefilosofie is samengesteld, filosofie en organisatie. Wat is dat eigenlijk, filosofie? En wat is organisatie?

Over beide begrippen zijn boeken vol geschreven, maar om het simpel te houden (sic), zou je kunnen zeggen dat filosofie ‘denken over denken’ is. Hoe denken we eigenlijk? 

Nou gewoon. Denken: wat is daar zo moeilijk aan? Doe niet zo ingewikkeld!

Precies dat dus. Als filosoof problematiseer je iets wat iedereen de normaalste zaak van de wereld vindt. Je doet het de hele dag, denken, je kunt het niet niet doen, maar hoe doen we het precies? Hoe kunnen we bijvoorbeeld denken over een boom? Komt er dan een hele boom in je hoofd, of een afbeelding? Dat is nog niet zo makkelijk. En daar breken filosofen dus al meer dan 2000 jaar hun hoofd over (ook een mooie beeldspreek in deze, maar dat terzijde).

En zo zou je organisatiefilosofie dus kunnen omschrijven als het denken over organisatie. Wat is dat, organisatie? Hoe denken we daarover? De meeste mensen zullen dan misschien denken aan een organisatie als de Belastingdienst, Shell of de gemeente, maar dat is dus een bepaalde manier van denken over organisatie. Namelijk als dingen.

Je zou bijvoorbeeld ook kunnen zeggen dat het gaat om de organisatie van werk, of van een evenement (ik zit zelf in de organisatie van een triathlonwedstrijd, en ik kan je zeggen dat daar heel wat organisatie bij komt kijken). Dan is organisatie dus niet zo zeer een ding, maar meer een activiteit. En als je op die manier denkt over organisatie (of organiseren dus), dan ontstaat er ruimte om op een andere manier naar de werkelijkheid te kijken.

Jongens, de wereld verandert!

Bijvoorbeeld naar de tijdelijkheid en vluchtigheid van organisatie. Managers en managementboekenschrijvers roepen graag dat de wereld verandert, en dat dus de organisatie mee moet veranderen. Maar als je organisatie als activiteit ziet, dan is die verandering er altijd al. Wat ze dus eigenlijk zeggen is: ik heb een idee hoe het anders of beter kan, doen jullie nou maar gewoon wat ik zeg, dan komt het allemaal wel goed. Ze proberen dus hun stempel te drukken op de organisatie en de manier waarop die georganiseerd is.

Dat anders kijken is natuurlijk leuk, maar wat heb je daar dan aan? Een filosoof zou kunnen antwoorden met de wedervraag ‘waarom moet je overal wat aan hebben?’, maar dat is misschien een beetje flauw (maar wel een goede, filosofische vraag). Je zou je kunnen afvragen of de manier waarop we ‘in organisaties’ met elkaar bezig zijn (de manier waarop we dingen hebben georganiseerd) nog wel leidt tot tevredenheid en geluk.

Verandermoeheid

Als je voortdurend bezig bent met veranderen, met je aanpassen aan een fictieve omgeving die voortdurend verandert, dan kun je daar heel ontevreden en ongelukkig van worden. Want het is nooit goed wat je doet. Je loopt altijd achter de feiten aan. Continu ben je aan het verbeteren, wat niet voor niets een slogan is van managers. Bovendien wordt er zo (in organisaties) heel veel tijd en energie verspild aan verbeterprogramma’s, trainingen, het oplossen van problemen (dingen die nog niet goed genoeg gaan), ten koste van waar het echt om zou moeten gaan, zoals bijvoorbeeld goed onderwijs, goede zorg, of een mooi product maken. 

Als je daar tevreden over bent, en er misschien als adviseur zelfs wel je brood mee verdient, dan zou ik daar vooral mee doorgaan. Dan is filosoferen over organiseren niets voor jou, want dat geeft alleen maar ruis. Maar als je nou denkt: goh, kan het nou niet anders?, dan zou je eens te rade kunnen gaan bij de filosofie. Niet dat je daar de antwoorden krijgt om gelukkig te worden, maar het kan je misschien helpen om wat tevredener en meer in balans in het leven te staan. Filosoferen relativeert, het wordt allemaal wat minder zwaar en minder belangrijk. En dat is natuurlijk superbelangrijk! 

Meer leren over organisatiefilosofie en zelf filosoferen?

> Op 9 juni organiseren Lotte Hoogers en Ben Kuiken een Lunchbreak Vragenuurtje Organisatiefilosofie

> Lees het boek De Organisatiefilosoof

> Leer zelf filosoferen over organisatie tijdens het Dagje Filosoferen op 2 juni

> Vraag de flyer op van de Leergang Organisatiefilosofie, die weer van start gaat in september.    

1 reactie

  1. Bert

    Ik heb nog wel een idee hoe het anders en beter kan op Schiphol:
    Maak van het luchtruim erboven gewoon ‘shared (air)space’. Piloten zijn tenslotte geen brokkenpiloten maar verantwoordelijke en vakbekwame mensen die de betutteling van de luchtverkeersleiding helemaal niet nodig hebben, en een eventueel daarbij toegenomen gevoel van onveiligheid is alleen maar positief omdat dit ze scherp en alert zal houden en voorkomt juist ongelukken. De luchtverkeersleiders kun je dan elders op Schiphol inzetten om het personeelstekort aldaar tegen te gaan.
    En ga me nou niet vertellen dat ik ze zie vliegen, want dit is simpelweg een kwestie van praktisch, logisch en nuchter redeneren en nadenken.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2024 De Organisatiefilosoof

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑

×