Anders kijken en anders denken

Ik deed een PhD… en dit heb ik ervan geleerd (7)

Verandering is de enige constante, wist de Griekse filosoof Heraclitus meer dan tweeduizend jaar geleden al. Panta rhei, alles stroomt, en je kunt nooit twee keer in dezelfde rivier stappen. Maar wat betekent het? En kunnen we de consequenties ervan wel dragen, met onze hang naar onveranderlijkheid?

Managers roepen regelmatig dat de wereld verandert, en dat wij (ze bedoelen natuurlijk jullie) daarom ook moeten veranderen. Wendbaarder, creatiever, klantgerichter: in organisaties zijn de veranderprogramma’s en reorganisaties de enige constante. Of, zoals Jaap Peters ooit mooi uitdrukte in de titel van een boek: In welke reorganisatie werk jij? Maar het is de vraag of Heraclitus het zo bedoeld heeft. Meestal gaat het bij dergelijke programma’s namelijk om een verandering die ‘zij’ van het management hebben bedacht en die anderen (de werknemers) moeten uitvoeren. Het verhaal van deze managers lijkt dus vooral een retorische truc om die verandering er doorheen te drukken. 

De pijl van Zeno

Wat die managers daarmee feitelijk doen, is juist het tegenovergestelde van verandering erkennen. Ze zetten de organisatie juist vast. De organisatie wordt een opeenvolging van stabiele toestanden, onderbroken door periodes van verandering. Organisaties lijken daarmee op de vliegende pijl van Zeno van Elea, die tijdens zijn vlucht stil hangt in de lucht. Met deze paradox probeerde de leerling van Parmenides aan te tonen dat verandering een illusie is, en dat al het zijnde eeuwig en onveranderlijk is. Wat is, is, en wat niet is, is niet. Logisch toch? Dit idee van een eeuwige en onveranderlijke wereld werd later overgenomen door de grote filosofen Plato en Aristoteles, en het bepaalde daarmee sterk ons westerse wereldbeeld. 

“De heersende traditie in de filosofie”, zei de Amerikaanse filosoof William James tijdens een van de lezingen die hij in 1908 gaf aan de universiteit van Oxford, “is het Platonische en Aristotelische geloof dat onveranderlijkheid edeler en waardiger is dan verandering. De werkelijkheid moet één en onveranderlijk zijn.”[i] Dit idee werd eigenlijk nooit echt ter discussie gesteld, beweerde James, behalve door zijn jongere Franse collega Henri Bergson. “Alleen Bergson betwiste dit principe. Alleen hij ontkende dat een logica gebaseerd op concepten ons kan vertellen wat er mogelijk is in de wereld van het zijnde of feiten.”[ii]

De idee boom

Om deze laatste toevoeging te kunnen be-grijpen, moeten we ons eerst realiseren dat wij de wereld doorgaans benaderen door middel van concepten (wat Plato ideeën noemde). We zien niet zo zeer een neutraal object voor ons, maar we zien een ‘boom’ of een ‘hond’ in een individuele boom of hond. We kijken naar de dingen door middel van concepten. 

Nu is het interessante dat geen enkele boom of hond hetzelfde is. Sommige bomen of honden zijn groot, andere klein, sommige zijn dik, andere dun, groen, bruin, wit, mooi, lelijk… Bovendien veranderen bomen en honden voortdurend: een boom bijvoorbeeld laat zijn blaadjes vallen, er groeien nieuwe blaadjes aan, de boom groeit, wordt een volwassen boom, sterker… En toch spreken we van ‘boom’, waar we bovendien allerlei attributen (groot, klein, sterk, groen) aan toekennen. 

Plato loste dit probleem op door elke specifieke boom voor te stellen als een afbeelding van de idee ‘boom’. Elke object is een re-presentatie van eeuwige ideeën. En daarmee is het dus geen probleem dat deze boom verschillend is van andere bomen, of dat deze boom anders is dan ‘dezelfde’ boom twintig jaar geleden: die verandering is slechts schijn, volgens Plato. Het enige wat ‘echt’ is, zijn de eeuwige en onveranderlijke ideeën. 

Beleid maken

Dit was een belangrijke stap in de filosofie, en ook een hele handige. Want daardoor konden we praten over bomen en honden als algemene concepten zonder dat we iedere keer hoefden te verwijzen naar een specifieke boom of hond. We vormen categorieën, groepjes, waar we allerlei specifieke dingen (die boom, dat keffertje) onder kunnen scharen. Daarmee kunnen we dan aan de slag: in rapporten kunnen we schrijven dat het slecht gaat met de bomen in het regenwoud. We kunnen bepaalde hondensoorten (een subcategorie van de algemene categorie hond) verbieden. Kortom: we kunnen over dingen praten, en bijvoorbeeld beleid maken.

Maar er zit een addertje onder het gras (en daarmee bedoel ik de categorie adder, niet een specifieke adder): we ontkennen daarmee namelijk de individualiteit van deze specifieke boom, of deze specifieke hond. En we ontkennen ook dat deze boom niet hetzelfde is als ‘dezelfde’ boom twintig jaar geleden. Met andere woorden: we ontkennen de tijd.

Tijd maakt verschil

Tijd creëert een verschil, en wel op twee manieren. Tijd creëert een verschil tussen de boom die je daar voor je ziet en de boom twintig jaar geleden, maar ook tussen deze boom en alle andere bomen. Waarom? Omdat deze boom een andere geschiedenis heeft dan de boom die honderd meter verderop staat. Bijvoorbeeld: deze boom staat vrij op een veld, zonder andere bomen in de buurt, waardoor hij meer zonlicht kon vangen, harder kon groeien, maar de wind ook meer vat op hem had. Daardoor is het deze grote sterke boom geworden die je nu voor je ziet.

Bergson maakte een interessante omkering van ons begrip van tijd. Volgens Gilles Deleuze was dit een van “de meest diepzinnige, maar misschien ook een van de minst begrepen aspecten van het Bergsonisme”.[iii] Wanneer we normaal over tijd nadenken, denken we aan het verleden, het heden, en de toekomst, en zijn we geneigd om het verleden te zien als dat wat niet meer is, het heden als dat wat nu is, en de toekomst als dat wat nog niet is. Maar daarmee, zegt Bergson, verwarren we het ‘zijnde’ met ‘er-zijn’, en klok-tijd met echte tijd als pure duur (‘pure duration’).

De tijd van de klok en ware tijd

De tijd van de klok kan onderverdeeld worden in zoveel momenten als je maar wil. Daarom kunnen we zeggen dat iets gisteren is gebeurd, in het jaar 1910, of morgen zal gebeuren. Maar de echte tijd (‘pure duration’) is ondeelbaar. Het is een puur worden, dat zich voortstuwt naar een onbekende toekomst. Dit betekent dat het heden voorbijgaat, en dus voortdurend wordt, terwijl het verleden er altijd is, als een herinnering van het worden van dingen. Dus niet het heden is, maar het verleden is het ‘zijnde in zichzelf’. Daarom moeten we van het heden zeggen “…dat het ‘was’, en van het verleden dat het ‘is’, dat het eeuwig is voor alle tijden.”[iv]

Dit betekent dat de dingen (bomen, honden, organisaties, wij) voortdurend worden wat ze zijn, en altijd hun verleden met zich meedragen, als een soort herinnering van die wordingsgeschiedenis. Dat verleden maakt ons tot wie of wat we zijn, en daarmee verschillen we per definitie van anderen, maar ook van onszelf (van wie we gisteren waren). 

Of dat ook betekent dat we kunnen worden wie we willen zijn, is een andere vraag. Zijn het de omstandigheden die ons maken tot wie we zijn, of hebben we daar zelf ook nog wat over te zeggen? Wat denk jij?

Ik deed een PhD… en dit heb ik ervan geleerd

‘Ik deed een PhD… en dit heb ik ervan geleerd’ is een tweewekelijkse serie blogs en artikelen waarin ik de lessen van mijn promotieonderzoek (zowel het proces, de inhoud als een mogelijk vervolg) deel. Je kunt ze volgen door je te abonneren op de nieuwsbrief van de organisatiefilosoof of de LinkedIn-nieuwsbrief met dezelfde naam. Delen wordt zeer gewaardeerd. Mocht je zelf overwegen een promotieonderzoek te gaan doen en heb je vragen: je kunt me altijd benaderen via ben@organisatiefilosoof.nl.


[i] James, W. (1977). A Pluralistic Universe, p. 106.

[ii] Ibid, p. 109.

[iii] Deleuze, G. (1988). Bergsonism, p. 55.

[iv] Ibid. Bergson was getrouwd met een nicht van de schrijver Marcel Proust, de auteur van de romanserie À la recherche du temps perdu (Op zoek naar de verloren tijd). De schrijver en denker hebben elkaar duidelijk geïnspireerd in hun denken over de tijd.

2 reacties

  1. L.J. Lekkerkerk (Hans)

    Hoe verhoudt het bovenstaande zich tot het onderscheid Chronos en Kairos van Joke Hermsen?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2024 De Organisatiefilosoof

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑