De vraag naar de zin van het bestaan klopt niet, zegt filosoof Sanneke de Haan. ‘Eerlijk gezegd vind ik het begrip ‘zin’ niet van toepassing op het leven.’

Bij de uitgave van mijn boek Fuck de regels in 2012 had ik al eens gemerkt hoe belangrijk de titel is en hoe gemakkelijk die mensen op het verkeerde been kan zetten. Maar ik ben kennelijk hardleers of in elk geval eigenwijs. Ook de titel De Zinmakers lijkt bij veel mensen een onbedoelde associatie met spiritualiteit te geven, vooral door het gebruik van de term ‘zin’. Nu kun je veel van dat boek en van mij zeggen, maar niet dat wij zweverig zijn. Eerder het tegendeel.

Sensemaking

In De Zinmakers schrijf ik: ‘Overigens gaat het bij het zin maken en zin geven dus niet om antwoord te vinden op de vraag naar de zin van het leven (the meaning of life). Waarschijnlijk is dat een klus voor een heel leven, en zelfs dan is het nog maar de vraag of je er ooit een bevredigend antwoord op vindt. Nee, het gaat veel meer om de vraag of de dingen die je dagelijks doet, die je denkt en ervaart voor jou zin hebben (make sense).’ En ik zoek vervolgens aansluiten bij het werk van Karl Weick, die het letterlijk heeft over het maken van zin (sensemaking).

Deze kijk op zin werd onlangs voor mij bevestigd door de Tilburgse filosoof Sanneke de Haan. In een interview met de Volkskrant veegt zij de vloer aan met de vraag naar de zin van het bestaan. ‘Eerlijk gezegd vind ik het begrip ‘zin’ niet van toepassing op het leven. ‘Zin’ suggereert dat het leven ergens goed voor moet zijn, dat er een objectief doel is dat je zou moeten kunnen bereiken. Je kunt stellen dat zo’n objectief doel bestaat, of dat ontkennen en dan kom je al snel uit op een subjectief, hedonistisch verhaal waarin het om je persoonlijke bevrediging draait. Maar ik denk dat beide antwoorden niet kloppen, omdat de vraag niet klopt.’

Taarten bakken

Ze geeft vervolgens een eenvoudig voorbeeld: ‘Je kan vragen: heeft het zin om drie taarten te bakken voor mijn verjaardag als er tien mensen komen? Dan gebruik je ‘zin’ op een zinvolle manier. Maar ‘heeft het zin je verjaardag te vieren?’, is niet een zinvolle vraag. Want het dient geen ander, hoger doel. Dat is ook zo bij het leven; het is niet ergens goed voor, het heeft genoeg aan zichzelf.’ Volgens De Haan is een betere vraag dan ook: ‘Wat maakt het leven betekenisvol? Met als vervolg de morele vraag: wat is dan een goede manier van leven?’

We zijn allemaal ploeteraars die er wat van proberen te maken, zegt De Haan. ‘Iedereen heeft zijn angsten, zijn worstelingen, zijn onhandigheden, zijn kwetsbaarheid. Het heeft in mijn ogen ook iets hebberigs een overkoepelende betekenis te willen. Alsof die geweldige rijkdom aan genot, sensaties en ervaringen van verbondenheid die het leven biedt niet genoeg is, maar ook nog ergens goed voor moeten zijn.’

Relaties met anderen

Op de vraag wanneer iemand tevreden kan terugkijken op zijn leven, antwoordt De Haan dat dit waarschijnlijk ‘bovenal om je relaties met anderen gaat: ben ik een goede partner, zus, dochter, moeder, collega geweest? Ik denk dat het al heel wat is als je daar bevestigend op kan antwoorden. Maar er is ook een behoefte iets na te laten – een boek, muziekstuk of een wetenschappelijke ontdekking. En daar zit een spanning.’

‘Ik wil graag kinderen,’ vertelt ze. ‘Want als we het over zinvol hebben: kinderen geven veel zin aan het bestaan. Het lijkt me heel bevredigend. Als het niet lukt, als we pech hebben, dan is er wel een fundamentele heroverweging nodig, een herijking van ons leven: wat dan? Dan kan ik me voorstellen dat iets anders creëren, iets nalaten voor volgende generaties, belangrijker wordt.’

Tja, we zijn en blijven ploeteraars.