In Nederland noemen we het een avondklok, maar beter zou zijn: nachtklok, aangezien het grootste gedeelte ervan ’s nachts plaatsvindt.

Maar eigenlijk zeggen de Duitsers het veel duidelijker en pünktlicher: Sperrzeit. We mogen niet naar buiten, buiten is ‘gesperrt’, gesloten, de sleutel is gebroken.

Oké, we weten, dat ligt misschien wat gevoelig, die Duitse term. Dus daarom ook maar meteen de Franse en Engelse termen er achteraan: ‘couvre-feu’ en ‘curfew’.

De woorden, die duidelijk aan elkaar verwant zijn, verwijzen naar de gewoonte in de Middeleeuwen om rond acht of negen uur ’s avonds de bel te luiden, om de mensen eraan te herinneren om het vuur te doven en te gaan slapen. Vooral dat eerste was van belang: stel je voor dat je voor het vuur in slaap zou vallen en het hele huis (en de daar omliggende huizen) zou in vlammen opgaan.

Zou het een idee zijn, als de #burgemeesters met een bel door de straten zouden gaan om het begin van de #avondklok aan te kondigen? Het is maar een gedachte.

Andere gedachte: zouden wij met deze maatregel ook het vuur van het Covid-virus kunnen doven? Laten we het hopen.

#verwondering #taalspelen

(deze bijdrage verscheen eerder op de site van de Academie voor Verwondering)